16. De amazones

Op dat ogenblik ver daarvandaan is het schip van Sorane als eerste aan de rand van het gebied van Koningin Veréna gematerialiseerd. Een tiental seconden later volgen de begeleidende schepen. Nog voor ze de grens kunnen overschrijden, materialiseren elf slagschepen.
‘Ze nemen contact op met de amazoneschepen, Sorane,’ meldt Lo-arna.
‘Sorane is er niet?’ roept een onderofficier.
Lo-arna kijkt de man aan en beseft dat hij gelijk heeft. Ze ziet haar nergens.
‘Anya, kan je Sorane op de hoogte brengen.’
‘Sorane is niet aan boord, Lo-arna.’
‘Waar is ze dan?’
‘Op de naburige planeet Kir IV.’
‘Wat voert ze daar weer uit.’
‘Ze wil Nirasé helpen.’
‘Is ze weer eens bezig om zich met anderen hun leven te bemoeien?’ zegt Lo-arna hardop en balt even haar vuisten.
‘En dat terwijl ze zelf mogelijk over enkele tijd niet meer onder de levenden zou kunnen zijn, Ik of Jouna moeten haar daar toch eens over aanspreken,’ denkt ze.
Intussen is Sorane op Kir IV gematerialiseerd. Enkele amazonemannen en vrouwen staren haar verbaast aan. Maar Sorane schenkt er geen aandacht aan. Ze stapt recht op een vervuild uitziend gebouw toe. Een gespierde man wil haar tegenhouden, maar wijkt achteruit als hij haar blik ziet. Als de deur achter haar dichtklapt, beseft hij dat dit weleens zijn job zou kunnen kosten. Met een stap is hij bij de deur, maar krijgt ze niet open, omdat Sorane die telekinetisch dicht houdt. Haar gedachten hebben haar doel al gevonden en ze loopt recht naar de lift toe. Enkelen willen haar tegenhouden, maar ook zij wijken achteruit als ze haar ogen zien glinsteren.
Boven loopt ze door de lange gang naar een van de kamers toe. Nog voor ze daar is, draait ze de deur met telekinese open. De man die binnen op het bed ligt in gezelschap van twee vrouwen, kijkt verbaasd naar de deur. Maar er is niets te zien. Een van de naakte amazones staat op en gaat naar de deur toe. Maar ze slaagt er niet in om die te sluiten. Dan ziet ze Sorane in de deuropening staan. Die kijkt recht naar de man.
‘Gino Grosar, sta op en volg me.’
‘Maak je weg,’ zegt de vrouw aan de deur met een trillende, maar bevelende stem.
Sorane wendt haar hoofd om en fluistert:
‘Eens was je een trotse amazone, Kija en nu voor de mannen waarmee je omgaat, niet meer dan een stuk vuil.’
De vrouw slikt even en staart de vreemde vrouw aan. Ze beseft dat ze gelijk heeft. Alleen Gino die heeft een beetje eerbied voor haar.
‘Ikk…’
‘Geef dit leven op, Kija. Je bent tot veel meer in staat, dan dit. Wees opnieuw de trotse amazone die je was.’
‘Wat weet jij daarvan?’
‘Iedereen maakt fouten, ook ik, Kija. Maar jij hebt zelfs geen poging gedaan om ze te verwerken. En je vriendin daar, heeft haar man laten zitten, om geld te gaan verdienen. Maar ze kwam in deze hel terecht. Ik ben zeker dat haar kinderen naar hun moeder verlangen, maar die durft, voor een deel uit schaamte, maar ook uit woede, niet naar hen toe te gaan.’
Ook deze vrouw durft Sorane niet aankijken, maar staart naar de vloer, beseffend dat deze vreemde vrouw ook over haar gelijk heeft. Dan hoort ze haar zeggen:
‘Keer terug, Lidora en omarm je kinderen. Je man zal je misschien niet vergeven, maar bouw een nieuw leven op waar je trots op kan zijn.’
De twee vrouwen staren Sorane aan. Ze beseffen dat ze gelijk heeft. Lidora verlangt al lange tijd naar haar kinderen, maar ze heeft een contract dat haar bindt.
‘Ik steun je, Lidora. Maak een keuze, ga of blijf,’ zegt Sorane.
Zowel Lidora als Kija haasten zich de kamer uit. Dan kijkt Sorane Gino aan.
‘Ben je zo laag gezakt, Gino? Nirasé heeft zich tenminste als een echte amazone blijven gedragen.’
‘Ik wil haar naam niet horen, vrouw. Verdwijn.’
‘Ik zal verdwijnen, Gino. Maar jij gaat mee.’
‘Je bent knap, maar je lijkt geen vrouwtje van plezier.’
‘Dat ben ik ook niet, Gino. Ooit was jij een man, nu op het randje nog geen dief.’
‘Het is mijn leven.’
‘Ja, maar ook dat van je famillie.’
‘Je bedoelt Nirasé.’
‘Ja, zij strijdt aan mijn zijde’
‘Ik kan haar niet meer onder de ogen komen. Ik heb na onze breuk, haar goede naam door het slijk gehaald. Ze heeft me daarvoor een harde slag verkocht. Ik verdiende dat, maar toen verloor ik de controle en uit woede heb ik haar afgeranseld. Daar moet ik voor de rest van mijn leven boete doen.’
‘En toch verlang je naar haar, dat voel ik.’
‘Dat kan wel zijn, vrouwtje. Maar ik wil haar niet meer zien. Als je niet verdwijnt, dan verdwijn ikzelf van hier. En deze maal zal je mijn spoor niet meer kunnen vinden.’
Sorane glimlacht even.
‘Ik vind je zelfs achter de grens van het universum, Gino. Je kan mij niet ontkomen als ik je wil vinden.’
De man schrikt hevig van haar woorden.
‘Wie ben je dan?’
‘Sommigen wagen het om mij de verhevene te noemen, Gino. Maar ik ben maar een mens zoals iedereen.’
‘Bent u echt…? Ik dacht….? Is dat echt waar? Vergeef me, Ona.’
‘Jij bent aan lagerwal geraakt, Gino. Maar ik bied je nog een kans om terug de man en vader te zijn die je ooit was.’
‘Je bent dus niet alwetend, Hera. De enige vrouw die mij ooit echt van tel was, is Nirasé, maar wij hadden geen kinderen.’
‘Nirasé was in verwachting van een zoon, toen jullie uit elkaar gingen, Gino. Maar ze wist dat op dat moment nog niet. Ze wilde het kindje echter niet en stond het vlak na de geboorte af. En dat is iets waar ze nog steeds spijt van heeft.’
Gino kijkt Sorane met ontstelde ogen aan.
‘Heb ik werkelijk een zoon, Hera?’
‘Ja, ik vermoed dat hij nu ongeveer acht jaar moet zijn. Maar hem vinden zal niet zo eenvoudig zijn. Heel de overdracht gebeurde anoniem. Je vrouw heeft later naar hem gezocht, maar geen enkel spoor gevonden.’
‘Dan moet ik…’
‘Niets, Gino. Alleen kan je jaren zoeken, maar ik kan je helpen, als jij mij helpt.’
‘Je bedoelt die kans die je mij wilde geven. Dat kan ik niet, Hera. Ik mag dan aan lagerwal geraakt zijn, maar ik heb hier vrienden, die mij vertrouwen. Ik kan die niet in de steek laten.’
Even communiceert Sorane met Anya.
‘Kies diegenen die je het meest vertrouwd, want zij mogen je vergezellen, als je instemt om de nieuwe weg in te slaan. Ik heb mensen nodig, die aan mijn zijde strijden.’
‘Komt er dan en nieuwe vreselijk oorlog, Hera?’
‘Als je me nog eenmaal Hera noemt, trek ik mijn aanbod in. Mijn naam is Sorane. Die oorlog zal er tot mijn spijt komen, Gino.’
‘Alleen is mijn linkerarm een beetje stijf, van een wond die ik tijdens de laatste oorlog opliep.’
‘Aan boord van mijn schip heb ik goede mannen en vrouwen nodig, dus als je deze kans wil grijpen, komt dat wel goed, Gino. En daarna volg je een harde training om nog een betere man te worden dan je ooit was.’
Even kijkt Gino, Sorane in de ogen.
‘Bedoel je een ruimteschip?’
‘Ja, het bevindt zich in dit stelsel. Over niet al te lange tijd vertrekken we.’
‘Dan kan ik hier eindelijk weg van de herinneringen aan Nirasé,’ denkt Gino en knikt.
‘Als mijn vrienden mee mogen, dan doe ik het.’
Sorane glimlacht, want ze kent zijn doel. 
‘Weg van Nirasé, alleen weet hij niet dat deze weg hem dichter bij Nirasé zal brengen dan hij nu wil.’
‘Niet iedereen zal mee kunnen, Gino. Wie ook maar een gedachte heeft aan winst, bedrog en streeft naar macht, zal door Tara geweigerd worden.’
‘Wie is Tara?’
‘Die zal je wel leren kennen, Gino.’
‘Verschillende uren later stapt Sorane naast Gino voor een twintigtal anderen uit een energieboog in een Amazone tempel. Geen van hen merkt dat ze de grootste moeite moet doen om zich staande te houden. Verbaasd kijken ze om zich heen.
‘Een tempel gewijd aan de verhevene, als ik het niet mis heb,’ zegt een van de vrouwen, die ooit een priesteres geweest is.
Gino wil iets zeggen, maar Sorane schudt haar hoofd. Maar zelfs Gino weet niet dat Sorane intussen iedereen gescand heeft. Enkelen hebben haar goedkeuring niet. Kija die zich afzijdig houdt, schrikt op als ze de roodharige hoort zeggen:
‘Kom, Kija. Voeg je bij onze vrienden hier.’
Even aarzelt Kija, maar ziet de smekende blik van Gino.
‘Als je blijft dan kan ik je niet helpen, Kija.’
Even kijkt ze naar Sorane en knikt. Als Gino een arm om haar schouders slaat, kijkt ze hem even aan.
‘Ooit zal ik weer een amazone zijn Gino. Van dan af kan ik alleen van de man waar ik van hou zijn.’
‘Dat weet ik, Kija. Maar je bent een goede vriendin van me geworden en ik wil je helpen om weer die amazone, die je was, te worden.’
‘Schrik maar niet, vrienden,’ horen ze Sorane zeggen.
Op dat moment verschijnt Tara uit het niets.
‘Nieuw kandidaten, gebieder,’ zegt ze.
‘Ja, wil jij je om hen bekommeren?’
‘Dat behoort tot mijn taken.’
‘Ik zie jullie later wel, Gino. Volg de nieuwe weg die jullie allen gekozen hebben en doe je best. Ik zal je zoon niet vergeten. Misschien kan Tara je helpen om hem te vinden.’
‘En als ik hem vindt?’
‘Dan is het tijd om je gewezen vrouw te ontmoeten, Gino. Ik weet dat ze haar zoon zal willen weerzien.’
‘Weet je waar ze is?’
Sorane knikt.
‘Als je de weg die je nu wil inslaan blijft volgen en je best doet, dan zal je ooit als gelijke voor haar staan.’
‘Als gelijke?’
‘Zoals ik al zei is Nirasé mijn medestrijdster, dus als jij dat ook wordt, dan bestaat er hopelijk een kans dat ze je vergeeft.’
Even schudt de man zijn hoofd.
‘En ik dacht dat ik niets meer met amazones te maken zou hebben als ik je volgde, Sorane.’
‘Je vergeet dat ik door de amazones de verhevene genoemd wordt, Gino. Dus zal je in de toekomst nog wel eens in contact komen met amazones. Je wil toch niet van gedachten veranderen.’
Even zegt Gino niets, maar dan recht hij zijn schouders en kijkt Sorane weer aan.
‘Dank je, Sorane. Ik blijf. Ik wil mijn leven weer nut geven. Maar ik zal pas gelukkig zijn als Nirasé mij vergeeft.’
‘Dat is iets waar ik geen invloed op kan en wil hebben, Gino. Maar doe je uiterste best op deze weg. Zelfs al is de training soms te zwaar, maar ze is noodzakelijk.’
Verbaasd kijkt Gino, Sorane aan, maar op dat moment wordt alles donker om hen heen. Als hij en zijn vrienden weer licht zien, merken ze dadelijk dat er enkele van hen ontbreken. Maar hun omgeving is helemaal verandert. Sorane is er niet meer, maar in haar plaats zien ze Tara staan. Ik zal jullie een woonruimte ter beschikking stellen vrienden. Jullie daarna hebben jullie een week om je vertrouwt te maken met de structuur van de Tiren.
‘En ons gezin, vrouw.’
Mijn naam is zoals ik al zei Tara, Ovrin. Je gezin werd door een Amazone zwever opgehaald en daarna overgestraald. Ze wachten op jullie in jullie woonruimte. Bespreek met hen de situatie. Als jullie samen besluiten om te blijven maken jullie vanaf dan deel uit van de bemanning, anders worden jullie naar je vorig leven teruggebracht.’
‘Sorane zei iets over een training. Wat bedoelde ze daarmee?’
Tara kijkt Gino aan.
‘Iedereen aan boord van dit schip heeft een bepaalde taak, volgens zijn wensen en lichamelijk mogelijkheden.’
‘Daar heeft Sorane niets over gezegd.’
‘Wil je weg, amazone? Wie Sorane uitkiest, moet zelf kiezen of hij of zij die kans grijpt of niet. Je krijgt dat niet zo maar, Arinda.’
‘Nee, ik blijf, Tara. Ik was ooit een amazonestrijdster, dus laat die training maar komen.’
Even glimlacht Tara.
‘Er zijn vele taken aan boord, amazone. Je zal keus genoeg hebben. Je mag alleen niet vergeten dat we hier allen gelijken zijn. Dat is de wil van Sorane. Zelfs diegenen die een hogere graad bekleden.’
‘Wij zijn amazones, Tara.’
‘Dat waren jullie. Hier zijn jullie mannen en vrouwen. Je herkomst is hier van geen belang, ook je afkomst niet. Om toegelaten te worden hebben sommigen onder ons wel boete gedaan voor hun misdadig verleden. Maar diegenen die daarin slagen zullen later onder ons dienst doen.’
‘En allen moeten we een training volgen, zeker.’
Tara kijkt de amazone aan en knikt:
‘Dat is nodig om hier stand te houden en een nieuw leven op te bouwen, Reyuva.’
Even slikt die, maar knikt dan snel. Ze is veel te blij met deze kans, die haar uit die wereld van armoede zal brengen.
‘Nog iets, voor diegene die zich later zouden afvragen, hoe ik jullie namen ken. Sorane heeft jullie allen telepathisch gescand en die gegevens aan zowel Anya als Tara doorgegeven.’
Even kijken de aanwezigen haar verbaast aan.
‘Kan dat zo maar?’
‘Nee, maar Sorane wilde weten wie ze kon vertrouwen en wie niet. Daarom zijn een aantal onder jullie gebleven waar ze waren. Als er iemand van jullie weg wil, dan moet hij of zij het nu zeggen.’
Gino glimlacht er kijkt even naar zijn vrienden. Maar niemand zegt iets, ze zijn blij dat ze weg zien uit die uitzichtloze situatie en weer aan nuttige dingen kunnen gaan denken. Enkelen knikken hem toe, maar anderen voelen zich niet echt op hun gemak.
Dan knikt hij Tara toe.
‘Zullen we dan maar beginnen, commandante’ zegt Gino.
‘Dat ben ik niet, amazoneman. Lo-arna voert het bevel over dit schip.
Intussen is Sorane weer in de centrale van de Tiren gematerialiseerd. Ze moet al haar kracht gebruiken om met vaste stappen tot bij Lo-arna te raken.
‘Zou je niet beter aan jezelf denken, Sorane? Je ziet eruit alsof je elk ogenblik kan omvallen.’
‘Het was belangrijk, Lo-arna.’
‘Weet Nirasé ervan?’
‘Nee, ze hoeft dat voorlopig niet te weten, maar ik heb gevonden wat ik zocht. Als ze slagen dan hebben we er weer een paar vrienden bij, want alle hulp is welkom, Lo-arna.’
Lo-arna knikt dan maar, al zou ze graag weten wat Sorane zo belangrijk vond.
‘Is er iets gaande?’
‘Ja, we worden tegen gehouden door een eskader. De amazoneschepen hebben snelheid vermindert. Ik heb de Tiren vertraagd, maar niet laten stoppen zoals geëist werd. Gelukkig ben je er nu om te beslissen wat er moet gebeuren. We zijn al bijna op dezelfde hoogte als die amazoneschepen.
‘Zijn er beelden?’
Lo-arna knikt een van haar mensen toe en even later licht het centrale scherm op met de beelden van enkele minuten geleden.
‘Wat hebben jullie hier te zoeken?’ horen ze de stem van de commandante zeggen.
‘Onze begeleiders hebben haltgehouden, moet ik…’ vraagt de piloot.
‘Nee, we gaan gewoon door.’
Terwijl het schip langzaam op de amazoneschepen toevliegt, luisteren ze verder naar het gesprek tussen hun begeleiders en het vlaggenschip van de elf slagschepen.
‘Wij begeleiden de verhevene. Zij wil koningin Veréna spreken.’
‘De verhevene hier. Dat kan niet, koningin Elnaki. Zij is een paar dagen geleden op Yharven aangekomen.’
‘Onmogelijk, tenzij het die valse Jakira is,’ antwoordt Elnaki.
‘De verhevene zal je voor die woorden straffen. Ik vrees dat zij je het recht op het gebruik van het amazone zwaard zal ontnemen.’
Aan boord van het commandoschip van het wachteskader.
‘Ancona, dat vreemde schip. Het nadert nog steeds,’ meldt een amazone aan de commandante.
Op de schermen zien ze dat de commandante omkijkt en even de gegevens bestudeerd.
‘Neem contact op met dat schip en activeer de bewapening. Desnoods vuren we een waarschuwingsschot,’ luidt haar bevel.
Nadat de verbinding met het amazoneschip tot stand gekomen is, geeft Sorane Nirasé een teken. De amazone doet een stap naar voor en verschijnt op het centrale scherm van het vlaggenschip.
‘Ik ben Nirasé, de bezitster van de zwaarden. Het is mijn opdracht om de zwaarden weer naar de elf stammen te brengen. De vier koninginnen die met hun delegatie hier aanwezig zijn, hebben hun recht om het zwaard te mogen dragen bewezen. Koningin Veréna zal moeten bewijzen dat zij dit recht ook nog bezit. Anders zal een nieuwe proef een andere koningin aanwijzen.’
De commandante staart verrast naar het beeldscherm. Ze merkt dadelijk de zeven Pentagons op die de amazone aan haar riem draagt. Ook het gouden zwaard is erbij.
‘Hoe kom jij aan die…’
‘Ik heb ze tot mij geroepen, amazone,’ zegt Sorane op dat moment.
‘Jij? Ben je niet goed bij je hoofd, dame?’
‘Ik kan je dwingen als ik wil, Ancona, maar dat is iets dat ik nooit zal doen.’
‘Jij zou mij kunnen dwingen, zelfs als ik het niet wil. In dat geval zou je een machtige moeten zijn. Laat me niet lachen. Je ziet er zelfs niet al te gezond uit.’
Sorane’s gedachten scannen intussen de commandante. Even schrikt ze. Koningin Veréna heeft de vijf andere koninginnen op Durangin III, haar hoofdplaneet ontboden. Alleen Koningin Phicha heeft geen gehoor gegeven aan de oproep. Ze willen de planeet Yharven omsingelen en de Olanen desnoods met geweld dwingen de planeet te verlaten.
‘Ik moet mijn plannen wijzigen,’ denkt ze.
Op haar teken verbreken ze de verbinding met de schepen in de omgeving. Sorane scant de commandante en glimlacht. Ancona heeft met haar zender rechtstreeks verbinding met alle koninginnen voor noodgevallen. Een gedachte is voldoende om Ancona te apporteren.
Als die voor Sorane stoffelijk wordt, wankelt Sorane lichtjes, maar de amazone merkt het niet op.
‘Roep de koninginnen op, commandante Ancona,’ zegt Sorane met trillende stem.
‘Dat is niet nodig, vreemde. Voor onbelangrijke dingen kan ik hen niet storen,’ beveelt ze.
‘Het is geen vraag van Sorane, amazone. Maar een bevel van mij,’ zegt Nirasé.
De commandante kijkt Nirasé verbaasd aan.
‘Ik draag de zwaarden. Elnaki en drie anderen koninginnen werden opnieuw herkent. Als uw koningin niet komt om te bewijzen dat ze door het amazonezwaard herkent wordt, dan zal ik een andere amazone moeten aanwijzen.’
Ancona weet niet goed wat te doen.
‘Mag ik u aanraden om het juiste te doen, Ancona.’
‘En dat is? Gewoon doen wat u beveelt zeker, Sorane?’
‘Neem contact met hen op, commandante. Uw en de andere koninginnen kunnen dan beslissen of ze de test willen afleggen.’
Even kijkt de commandante naar Sorane en knikt dan.
‘Hoe ik hier kom weet ik niet. Ik zal de koningin uw verzoek overbrengen, maar alleen als vrije amazone. Niet als gevangene.’
‘U bent geen gevangene, amazone. Maar goed als u zich veiliger voelt aan boord van uw schip, dan is dat geen probleem,’ zegt Sorane met een glimlach.
Op hetzelfde moment staat Ancona in haar commando centrale. Verbaasd kijkt ze om zich heen. Even zucht ze, dan activeert ze haar communicator en neemt contact op met haar koningin. Na een gesprek van meer dan tien minuten verbreekt ze de verbinding.
‘Alle schepen blijven voorlopig op deze positie, Kapitein Ginesa.’
Een amazone knikt haar toe en stapt op haar commandante toe, maar die verdwijnt voor haar ogen. Weer materialiseert ze in de centrale van de Tiren.
Ze schrikt even, want ze beseft dat waar ze ook is een gevangene zal zijn.
‘Zoals ik al zei, je bent geen gevangene, Ancona. Ik wil het antwoordt van de Koninginnen weten.’
Maar de commandante kijkt Sorane zelfs niet aan. Ze richt zich tot Nirasé:
‘De koninginnen weigeren. De zwaarden kunnen alleen door de verhevene geschonken worden. En zij bevindt zich op Yharven.’
‘Commandante Ancona. Ik verzoek u om ons te vergezellen.’
‘Ik, u vergezellen,’ zegt de commandante met trillende stem.
‘Ik wil Veréna en de vijf andere koninginnen spreken voor ze naar Yharven oprukken.’
‘Denk maar niet dat mijn schepen niet zullen aanvallen, nu jullie mij gevangen genomen hebben.’
‘Ook als de vier koninginnen, die opnieuw het recht hebben om hun zwaard te dragen, het u bevelen, Ancona.’
De commandante kijkt Nirasé verbaasd aan.
‘Die zijn hi…..’
Links van haar materialiseren plots vier gedaante uit het niets. Verbaasd herkent Ancona ze, maar ze twijfelt of ze echt voor haar staan.
‘Die amazone twijfelt of jullie daar echt staan, Elnaki,’ hoort ze de woorden van de roodharige.
‘Ancona. Doe wat Sorane beveelt of ik vraag aan Koningin Veréna om je commando voor altijd aan Kapitein Ginesa over te dragen.
‘Zijn jullie ook gevangenen hier?’
‘U bent geen gevangene, Ancona. Evenmin als wij.’
Even kijkt ze naar Sorane, die langzaam naar haar toe loopt.
‘Als u wenst kan ik u naar uw mensen terugsturen. Maar ik heb uw hulp nodig.’
Ancona kijkt even naar de vier koninginnen, die haar glimlachend aankijken. Maar omdat die niets zeggen, richt ze zich weer dan tot Sorane.
‘Zo te zien zijn zij hier uit vrije wil aanwezig. Maar zijn het wel de echte koninginnen of zijn het hun halografische evenbeelden,’ merkt ze op.
Elnaki wil reageren, maar Sorane is haar voor. Ze grijpt de hand van Ancona vast en teleporteert. In de centrale van Ancona’s schip laat ze haar hand los.
‘Zo, je bent vrij, Ancona en weer waar je was voor ik je riep.’
Even kijkt de commandante om zich heen en geeft een teken. Dadelijk wordt het beveiligingsscherm opgebouwd.
‘Je hebt een fout gemaakt, Sorane Cobanon. Nu ben jij in mijn handen, want je overbrengersveld kan nu niet opgebouwd worden.’
‘Een fout, Ancona. Nee, dat niet.  Ik wilde dat je vrij zou zijn om weer met mij mee te keren naar de Tiren.’
‘Is dat de naam van jouw schip?’
‘Ja. Neem je deel aan het gesprek met de koninginnen of blijf je hier als amazone. Want ik dat geval ben je je rang kwijt, zoals Elnaki zei.’
Ancona slikt even, maar glimlacht dan.
‘Je kan niet meer weg, Sorane. Zoals ik al zei, kan geen enkele overbrengerverbinding met andere schepen geactiveerd worden zolang het scherm actief is. En denk maar niet dat ik het uitschakel.’
‘Ik zie dat je mij nog niet voldoende kent, Ancona. Ik heb geen overbrengersveld nodig, Ancona. De koninginnen volgen mij. En jij zal dat ook doen.’
‘Dat zal je niet zo eenvoudig lukken, Sorane.’
Even kijkt Sorane de amazone aan en glimlacht. Voor Ancona kan reageren, grijpt ze haar hand opnieuw vast en weg zijn ze.
In de woonruimte van Sorane aan boord van de Tiren materialiseren ze. De commandante kijkt verschrikt om zich heen. Ze kan dadelijk zien dat ze niet meer aan boord van haar schip is.
‘Teleportatie,’ zegt de roodharige voor ze iets kan zeggen.
‘Kan u zoiets, Hera?’
Even zegt er niets.
‘Ja, maar nu ineens zo beleeft. Ik ben maar een vrouw zoals jij, commandante.’
Ancona staart Sorane in de ogen en weet niet wat te zeggen. Ze merkt echter niet dat Sorane haar scant en haar diepste angsten ontdekt.
‘Breng me dadelijk terug, vrouwe. Of…’
Maar Sorane stelt haar een vraag, waar ze van schrikt.
‘Hoe is het met je littekens, die je tijdens het ongeluk bij je training opgelopen hebt.’
‘Hoe weet jij???’
‘Ik weet wat je denkt Ancona. Je schaamt je voor wat er toen gebeurd is. En die littekens herinneren je telkens eraan. Je man heeft je toen in de steek gelaten en koos een andere. Maar ook die liet je in de steek. En vanaf dan haatte je mannen. Elk van hen die je probeerde te benaderen, snauwde je af. Daardoor bleef je alleen en eenzaam. Maar je verlangt naar liefde, dat voel ik.’
‘Dat kan je toch niet weten. Nee, stop daarmee. Ik wil niets meer horen.’
‘Later kwam er nog de vrees erbij, dat een man, die je littekens zou zien, zich dadelijk zou afwenden. Je geraakte meer en meer vervreemd van je omgeving en stortte je op je werk als officier. Je bent zelfs je ondergeschikten gaan haten, omdat velen van hen wel een man in hun leven hebben. Je hebt hen soms zelfs opdrachten gegeven om hen uit elkaar te drijven. Bij sommigen is je dat gelukt. En toch bleven ze je trouw.’
Ancona weet niet wat te zeggen. Deze vrouw weet zo goed als alles over haar schaamte en vrees.
‘Jij bent een telepate?’ zegt ze vragend.
‘Onder andere, Ancona.’
‘Breng me terug, vrouwe.’
‘Als dat je wens is, zal ik dat doen, Commandante. Maar ik heb twee voorwaarden.’
‘Welke?’
‘Je geeft bevel om onze kleine vloot te begeleiden.’
‘Als u uw woord houdt, dan zal dat gebeuren, tenzij ik andere bevelen van een van de koninginnen ontvang. En de tweede.’
‘Jij biecht als een echte amazone je fouten aan je volledige bemanning, volgens de amazoneregels.’
‘Je bedoelt dat ik boete moet doen ten overstaan van al mijn ondergeschikten. En dan nog volgens de amazoneregels.’
Ancona kijkt Sorane aan, maar die zegt geen woord.
‘En als ik weiger.’
‘Er zal je ook dan ook niets gebeuren, Ancona. Alleen zal Elnaki jou je commando ontnemen, zoals ze gedreigd heeft. Daar heb ik niets over te zeggen. Maar het is dat of heel je leven eenzaam door te brengen. Wie zijn fouten opbiecht, zal mijn eerbied en respect verdienen. En vermoedelijk ook die van je bemanning.’
‘Verlang dat niet van mij, Hera. Dat ik, elke dag, mijn littekens in de spiegel moet zien is al genoeg. Maar ik kan mijn mensen niet meer onder de ogen komen als zij…’
‘Zwijg, Ancona. Wie een amazone wil zijn, moet zich ook zo gedragen. Jouw keuze bepaald of jij een echte amazone bent of een vrouw die denkt dat ze er een is.’
‘Bent u zeker, dat u geen amazone bent, Sorane?’
‘Voor een klein deeltje ben ik dat wel, Ancona. Mijn moeder was een amazone, maar ik werd op Enuron opgevoed.’
De commandante knikt even.
‘Je hebt me overtuigd, wat me ook te wachten staat. Als ik mij ooit voor de verhevene zal moeten verantwoorden, zal ik haar tenminste recht in de ogen kunnen kijken,’ zegt ze slikkend, maar met een vaste blik op Sorane gericht.
Op hetzelfde moment staan ze beide in de centrale. Ancona ziet Sorane naar Nirasé toestappen. Nirasé glimlacht als ze bedoeling van de roodharige telepathisch ontvangt. Ze maakt het gouden Pentagon van haar riem los en geeft het aan Sorane. Voor de ogen van Ancona verandert het in een gouden zwaard. De commandante kijkt haar verrast aan. Het zwaard herkent die vreemde vrouw als zijn gebieder. Dat kan toch niet. Terwijl ze naar het zwaard staart, buigt ze haar hoofd, ten teken van onderwerping.
‘Stop, amazone. Aan boord van mijn schip zijn we allen gelijken. Zowel ik, als Nirasé kunnen de zwaarden activeren. Maar dat maakt ons nog niet tot koninginnen.’
‘Wat bedoel je?’
Maar Sorane gaat er niet op in. Ze zegt:
‘Neem contact op met je schepen, dat ze samen met de schepen die mij vergezellen koers zetten naar de vloot van Veréna. Wij mogen geen tijd verliezen.’
‘En ik dan.’
‘Ik breng je zelf naar je commandoschip. Want ik wil je steunen, bij je bekentenis. Tenzij je toch nog van gedachten veranderd bent.’
‘Ik weet waar ik mee ingestemd heb, Hera. Het zal gebeuren zoals je wenst.’
‘Dat is zeker, Ancona. Noem mij maar Sorane, zoals al mijn vrienden.’
Even kijkt de commandante naar de vier koninginnen en dan naar Nirasé, die glimlacht. Dan drukt ze op de knop van haar communicator en geeft snel haar bevelen door. Zodra ze het contact verbroken heeft veranderen de elf gevechtsschepen van koers en vormen een halve cirkel achter de Tiren en de schepen van de koninginnen. Dan kijkt ze Sorane aan. Een seconde later staan ze beiden weer in de woonruimte van de roodharige.
‘Dus je meent het werkelijk?’
Maar Sorane zegt niets, terwijl ze haar aankijkt. Aarzelend knikt de amazone. Zeer langzaam begint ze zich uit te kleden. Bij elk kledingstuk aarzelt ze heel even.’
‘Aarzelen zal je niet helpen, Ancona. Je weet wat ik van je verwacht, dus haast je maar een beetje.’
Ancona kijkt Sorane aan met een blik waarmee ze Sorane zou willen doden. Maar Sorane glimlacht alleen maar. Zelfs als ze haar laatste kledingstuk op de stoel hangt en ze zich opricht, verandert de blik van Sorane niet. Ieder ander heeft zich tot nu afgewend.
‘Doet het zien van mijn littekens jou niets, Sorane,’ fluistert ze.
‘Nee, want ik zie je zoals je ooit weer zal zijn.’
Verbaasd kijkt Ancona naar de roodharige. Ze snapt niets van wat ze bedoelt.
‘Hier, dit is voor jou, commandante.’
De amazone kijkt even naar het pentagon, die Sorane haar aanreikt.
‘Plaats het achteraan in je hals.’
Als Ancona het doet, ziet ze Sorane glimlachen. En seconde later weet ze al waarom. Om haar lichaam vormt een vreemde stof dezelfde kledij die daareven nog droeg. Opgelucht kijkt ze Sorane aan, want in haar blootje boete doen zoals de amazone regels voorschrijven, beviel haar niet zo.’
Dan wordt haar hoop de bodem ingeslagen, door de woorden van Sorane.
‘Zo gemakkelijk kom je er niet van af, amazone. Ik zei dat ik wil dat je boete zou doen volgens de amazoneregels. En dat zal je moeten doen om mijn respect te verkrijgen.’
Met een kwade blik kijkt ze Sorane aan, maar die reikt haar een deken aan. Aarzelend neemt ze het aan en voelt de kledij die haar lichaam bedekt, verdwijnen. Snel slaat ze het deken om haar naakte lichaam.
‘Ik heb gezegd dat ik het zal doen, Sorane. Dus laat ons dan maar snel gaan.’
Even later materialiseren ze in de centrale van Ancona’s commandoschip.
‘Schakel de hypercomverbinding met alle schepen in. Ik heb een bekentenis af te leggen.’
Enkele ondergeschikten staren hun commandante verbaasd aan. Ze vragen zich af waarom ze een deken om haar lichaam heeft.
‘Verbinding tot stand gebracht, sir.’ zegt een man, terwijl hij haar aanstaart.
Ancona knikt en kijkt even naar Sorane.
‘Ik steun je, zoals ik gezegd heb,’ zegt de roodharige.
Even aarzelt ze en kijkt naar iedereen in de centrale. Maar dan stapt ze naar het midden toe en laat aarzelend het deken van haar lichaam glijden. Ze ziet dadelijk de afwijzende blikken van haar bemanningsleden. Vermoedelijk hebben ook diegenen die achter hun schermen kijken, dezelfde reactie. Even loert ze naar de reactie van Sorane, maar die laat geen emotie blijken. Maar haar ondergeschikten aan boord van haar schepen zien de vreselijke littekens wel en reageren met afschuw. Eentje loopt van haar linkerschouder naar haar navel. De tweede kronkelend van haar linkerborst naar haar dij, tot even boven haar knie. En nog een loopt van haar linkerschouder over haar rug naar beneden. 
Even sluit ze haar ogen om die blikken niet meer te moeten. Dan trekt de naakte commandante haar schouders recht en begint te spreken. Iedereen luistert naar haar woorden. Een man en twee vrouwen in de centrale, kijken haar met stijgende woede en wrevel aan. Als Ancona hun blikken opmerkt, beseft ze dat er nog anderen zullen zijn die woedend naar het beeldscherm kijken. Maar ze gaat verder met haar verhaal.
‘Ik vraag jullie allen om vergeving,’ zegt ze tot slot.
Het is doodstil over heel het eskader van elf schepen. Ze zien Sorane op Ancona toestappen en haar linkerhand op de schouder van hun commandante leggen.
‘Volgens de amazonewetten heeft Ancona, haar fouten toegegeven. Ik heb besloten om haar te vergeven. Diegene die hier niet mee instemmen mogen het melden.’
Even is het stil. 
‘Uw mening heeft geen waarde. Wij moeten beslissen of wij haar nog als commandante willen of niet.’
Plots richt Sorane haar arm wijzend naar een vrouw die kapitein is van de beveiliging.
‘Ginesa, treed naar voor,’ zegt ze.
Aarzelend doet de vrouw het, terwijl ze uitdagend naar de commandante kijkt. 
‘Ancona heeft haar fouten toegegeven, Ginesa. Maar jij hebt je gevoelens onderdrukt in plaats van je meerdere te confronteren. Je ging haar steeds vervloeken, maar waagde het niet om haar bevelen te weigeren.’
Verschrikt kijkt Ginesa naar de roodharige.
‘Nu is het jou beurt om boete te doen, amazone.’
‘Dat weiger ik, omdat mij geen schuld treft.’
‘Aan de oorzaak heeft alleen Ancona schuld, maar aan je gevoelens heb jij alleen schuld. Dus doe wat ik verlang of...’
‘Wie ben jij dat je zoiets durft verlangen?’ zegt Ginesa, terwijl even een vragende blik werpt op haar commandante.
Maar die antwoordt niet. Alleen haar blik lijkt haar te smeken om te doen wat de roodharige verlangd. Toch wil ze zich verzetten.
‘Dan moet ik de koningin vragen, om de rang waar je zo hard voor gewerkt, door een kleine weigering van boete, te ontnemen.’
‘Nee, Hera. Doe dat niet. Het is allemaal mijn schuld, niet die van Ginesa.’
Sorane knikt lichtjes, maar blijft Ginesa aankijken. De amazone weet niet wat te doen. Haar rang verliezen. Nee, dat kan ze niet aan.
‘Hera, vergeef mijn woorden. Ik zal doen wat u wenst, als u het nodig acht.’
‘Ancona en jij ook Ginesa. Als een van jullie mij ooit nog Hera waagt te noemen, dan zullen jullie mij persoonlijk dienen tot ik vind dat jullie genoeg gestraft werden. En dat kan vele jaren duren.’
De twee staren Sorane verschrikt aan, maar zien haar lachen. Op hetzelfde ogenblik materialiseren drie amazones en een man, naast Ginesa. 
‘Jij en je drie gezellen zijn even schuldig als Ginesa, Vesie. Denken jullie werkelijk dat je met Ancona te haten, de juiste weg bewandelt. Haat leidt naar de zwarte weg. Ik probeer om de witte weg te volgen. De weg van liefde, vriendschap en vergeving.’
De vier buigen, iets later dan Ginesa hun hoofd en durven Sorane en Ancona niet aan te kijken.
‘Voor jullie geldt hetzelfde,’ zegt Sorane, terwijl ze de man en de twee andere vrouwen aanwijst.
‘Woede kan snel in haat veranderen. Ancona heeft haar fouten bekend. Wees een waardig amazone zoals zij en vergeef haar, zoals ik haar vergeef, omdat ze de moed had om te bekennen,’ zegt Sorane.
Dan schrikken allen als de schouder van Ancona plots groen oplicht en zich verspreid. De twee grootste en de vele kleine littekens verminderen langzaam maar zeker, tot alleen een klein bijna onzichtbaar litteken op haar dij overblijft. Dan trekt het groene licht zich terug over haar schouder. Ook op haar rug voelt Ancona de tintelingen die haar wonde laten verdwijnen. Dan krimpt het licht in elkaar tot het helemaal verdwijnt. Alle aanwezigen staren hun commandante met grote ogen aan. Voorzichtig tast deze naar haar huid, waar ze een vreemde tinteling voelde. Maar ze voelt haar littekens niet meer.
‘Je littekens lijken weg te zijn, Commandante. Maar zo snel vergeef ik je niet,’ zegt een zwartharige amazone.
‘Alles heeft zijn tijd nodig, Vesie. Ik vraag alleen van jullie alleen om begrip te tonen. Denk aan wie Ancona was, voor ze de verkeerde weg opging, want dat is diegene die ze weer wil worden.’
‘Het zal moeilijk zijn Sorane, maar we zullen ons best doen. Ik zal de anderen die hier niet zijn vragen om dat ook te doen.’’
‘Dat is wat ik van jullie verlang,’ zegt Sorane nog, maar dan is ze verdwenen.
Verschrikt wendt Ancona haar hoofd naar Sorane, maar de plaats is leeg. 
Dadelijk beseft ze dat ze er nu alleen voorstaat. Zullen ze haar bevelen nog volgen of haar tegenwerken. Dan glimlacht ze.
‘Niet zo staren, amazones,’ zegt ze en kijkt dan om zich heen.
Een van de officieren staat op en doet een paar stappen in haar richting. Ze herkent hem dadelijk. Zijn naam is Nevo, de vriend van Vesie.’
‘Als ik mijn toekomstige vrouw mag zien wanneer wij beiden het wensen, heb je mijn steun, commandante,’ fluistert hij, terwijl hij de deken van de grond opraapt.
‘Ik heb er geen bezwaar tegen, Nevo. Maar blijf elkaar trouw.’
De man glimlacht even, maar als hij de deken om de schouders van de amazone wil leggen, geeft ze hem een teken.
Nevo laat het deken bijna opnieuw vallen, als hij iets over de naakte huid, van de commandante ziet schuiven. Langzaam krijgt het een vaste vorm, tot Ancona in dezelfde kledij gekleed is, als ze normaal tijdens de diensturen draagt. Iedereen staart naar de commandante verbaasd aan.
‘Hoe kom je aan zoiets? Je kleding werd uit het niets gevormd,’ vraagt Vesie met trillende stem.
‘Ik kreeg dat van Sorane als geschenk.’
‘Wie was die vrouw, Commandante? Een godin.’
Ancona wendt zich tot de amazone, die naderbij komt.
‘Ik weet het niet, Losona. Maar enkele koninginnen volgen haar. En ze kan het gouden zwaard activeren en misschien de andere tien ook,’ antwoordt Ancona, bijna fluisterend.
‘Een godin met de naam Sorane. Die is mij niet bekend,’ merkt een man op.
‘Geen van ons, denk ik, Koneso. Maar als onderzoeker zou toch jij iets over haar moeten weten.’
‘Toch niet. Maar ik zal na mijn dienst even op onderzoek uitgaan. Misschien is ze de verhevene zelf wel,’ zegt de man.
‘De verhevene, dat kan ze niet zijn, Koneso. Die is altijd een blondine geweest. En juist zij heeft haar eigen regels geschonden.’
Intussen kijkt Ancona naar Ginesa en de vier anderen.
‘Ginesa wil jij iets voor mij doen?’
‘Waarom zou ik dat willen, Ancona, of is het een bevel?’
‘Nee, geen bevel. Ik zal een lijst van verschillende vrouwen en ook mannen, die ik onrecht aangedaan heb, naar uw werkstation zenden. Wil jij hen allen in mijn woonruimte uitnodigen? Ik wil hen allen zien.’
‘Waarom dan?’
‘Als ik het niet probeer goed te maken, dan is mijn bekentenis, zelfs als jullie allen mij vergeven, voor niets geweest.’
‘En denk jij dat ze je zo snel zullen vergeven.’
‘Nee, dat verlang ik niet. Zeg wat jullie wensen in verband met diegene die jullie liefhebben en ik zal ze inwilligen als het mogelijk is.’
De vijf zeggen niet veel, tot Vesie naar de commandante toestapt.
‘Ik begrijp en vergeef je, Ancona. Maar wil je Nevo opnieuw zijn oude taak geven. Dan moeten we elkaar niet meer stiekem ergens ontmoeten.’
Ancona glimlacht.
‘Dat zal Nevo afhangen, Vesie. Maar als jullie elkaar trouw willen beloven, dan zal ik daarmee instemmen en het in de logboeken vermelden. Ik wil iedereen van die lijst over twee uur in mijn woonruimte zien.’
‘Dat zijn zeker dertig personen, Ancona. Ben je zeker?’ zegt Ginesa, die de lijst op haar tablet doorloopt.
‘Het is mijn wens. Maar geen bevel, wie niet wil komen, zal ik niet anders behandelen dan diegenen die wel komen.’
Dan kijkt ze naar Nevo.
‘Sta jij hier nog altijd, Nevo. Ga maar naar je liefje. Ik geef tot morgen vrijaf. Maar ik verwacht je daarna trouw op je post. Later zal ik jullie schema’s op elkaar laten afstemmen.’
‘Dank je, commandante. Maar…’
‘We moeten alleen de schepen van Sorane en de koninginnen begeleiden. Dus voorlopig is een noodbemanning wel voldoende, denk ik.
Verbaasd kijkt iedereen.
‘Bedoelt u in alle schepen?’
‘Waarom niet, Ginesa? Maar houdt jullie wel klaar, je kan immers nooit weten in deze tijden.’
‘Ik zal een lijst laten opstellen van diegene die tot de noodbemanningen behoren.’
‘Doe dat, Ginesa. Maar spijtig voor jou, hoor jij ook bij de noodbemanning. Maar je mag van Kesin ook bij die groepindeling, waardoor jullie beiden later samen vrij hebben.’
Ginesa knikt even dankbaar.
Intussen is Sorane in de Tiren weergekeerd. Dadelijk wordt haar aandacht getrokken door Renaé die haar vraagt:
‘Waarom heb je ons hier gebracht, Sorane? Onze schepen behoren toch tot uw escorte.’
‘Uit de gedachten van Ancona heb ik nieuwe dingen vernomen, waardoor ik mijn plannen moet wijzigen.’
‘Zonder ons op de hoogte te brengen.’
‘Het kon niet anders, Tovera. We moeten zo snel mogelijk naar ons nieuwe doel.’
‘Tara heeft jullie bemanning al op de hoogte gebracht en de nieuwe coördinaten gegeven. We zijn op het moment al onderweg naar ons doel.’
‘Wat?’
Sorane zegt niets meer, maar haast zich snel de centrale uit. In de gang wankelt ze lichtjes, terwijl de deur achter haar dichtschuift. Op hetzelfde moment bevindt ze zich in haar vertrekken en gaat op haar bed liggen.
In de centrale gaan de koninginnen bij elkaar zitten. Nirasé, die Sorane bezorgd nakeek, stapt op Lo-arna toe.
‘Er is iets met Sorane,’ zegt ze.
Lo-arna knikt.
‘Ik heb het ook gemerkt. Het lijkt alsof ze haar krachten opgebruikt heeft.’
Acht uur later materialiseert de Tiren in het doelgebied en wordt dadelijk opgemerkt door de verzamelde schepen. Sorane materialiseert in de centrale en loopt op Lo-arna toe. Ze ziet er iets beter uit. Toch merkt Nirasé dat haar haren niet meer zo glanzend zijn dan een paar dagen geleden.
Ongerust stapt ze op Anaya toe, die weer haar taak aan boord uitvoert.
‘Ik heb het ook al gemerkt, Nirasé, maar ik weet niet wat er met haar is. Misschien kan je dat beter aan Jouna vragen.’
Nirasé knikt.
‘Dat is voor later, Anaya.’
Op dat moment wordt haar aandacht getrokken door een verbaasde Renaé.
‘De vloot van Veréna. Dat kan toch niet.’
‘Nirasé heeft je daarstraks toch medegedeeld, dat dit schip uit een oeroude tijd afkomstig is. De techniek van de Tiren is veel verder gevorderd, dan de Amazone en de Enuroonse techniek.’
‘Ja, maar... Zo snel. Dat is toch niet mogelijk, Sorane.’
Sorane antwoordt echter niet. Even concentreert ze zich en haar gedaante wordt in de centrale van Ancona opgebouwd.
‘Commandante, ik heb een taak voor u aan boord van de schepen van de vloot van de zes koninginnen. Ik wil u vragen om het bevel aan je eerste officier over te dragen.’
‘Geen probleem, Sorane,’ zegt ze en geeft een teken aan enkele ondergeschikten.
Ginesa staat dadelijk op van haar post en haast zich naar de commandante toe.
‘Sorane roept me, Ik wil dat jij me vervangt zoals gewoonlijk.’ zegt ze.
De amazone knikt even. Dan schrikt ze, als haar meerdere met de roodharige voor haar ogen verdwijnt in het niets.
Nirasé kijkt Ancona glimlachend aan en fluistert:
‘Sorane laat graag anderen schrikken. Ik begin dat al een beetje gewoon te worden, commandante.’
Ancona kijkt even naar Sorane.
‘Neem contact op met koningin Veréna,’ hoort ze Sorane zeggen.
Zodra Ancona contact heeft met de communicator van Koningin Veréna, concentreert Sorane zich. De vier koninginnen aan boord van de Tiren, Ancona, Nirasé en zijzelf dematerialiseren. Voor de ogen van de koningin worden ze terug stoffelijk.
Die schrikt even, terwijl ze een stap achteruit doet en haar hand naar haar wapen grijpt. Maar dan voelt ze dat er geen gevaar lijkt te zijn en kijkt het gezelschap even verbaasd aan. 
‘Je krijgt vijftien minuten, Sorane. Als je ons niet kunt overtuigen, dan beland je diep in een amazone gevangenis,’ zegt ze met bevelende stem.
‘Dat kan jij niet bevelen, amazone. Ik herken geen van jullie als koningin van een amazonestam, tenzij jullie het zwaard activeren.’
‘Wat weet jij van de zwaarden, Sorane?’
‘Ook ik verzoek je te doen wat Sorane vraagt, amazone,’ zegt Elnaki, terwijl ze haar zwaard activeert.
‘Hoe kom jij...,’ schrikt koningin Veréna, ‘Dat kan geen van ons. Onze zwaarden verdwenen plots.’ 
Later kregen we een bericht, dat een vertegenwoordiger van de verhevene naar ons, met de zwaarden, onderweg is.’
Even kijkt Veréna naar Sorane en dan naar Nirasé. Maar geen van beiden zegt iets.
‘We verzamelen onze schepen hier om Yharven te bevrijden. De hoofdplaneet lijdt onder het bewind van Phicha. Door haar schuld is Yharven in handen van de Olanen en hun stom geloof. We hadden het vermoeden dat zij de vertegenwoordiger en de zwaarden in hun handen hebben.’
‘Daarom verzamelen jullie je hier. Toch niet van plan om Yharven aan te vallen.’
‘Misschien, Sorane. Maar nee, aanvallen niet, maar dreigen kan nooit kwaad.’
‘Die plannen kan je laten varen, Veréna. Dat gaat niet door.’
‘En jij wil me dat verbieden, Sorane. Maar daar heb jij de macht niet voor.’
‘Toch wel, Veréna. Geen zwaard, geen koningin. Je kent de oude regels toch wel, amazone.’
Veréna kijkt even naar Elnaki en de drie anderen, die nu ook hun zwaarden geactiveerd hebben.
‘Jullie dragen alle vier de zwaarden nog steeds. Dat kan toch niet.’
‘Jawel, amazone. Wij bleven de verhevene trouw, terwijl jullie een bedriegster aanbidden,’ zegt Renaé spottend.
‘Een bedriegster. Ben je gek…’
Sorane geeft Nirasé een teken. De amazone knikt en stapt op een tafel toe. Een voor een legt ze de Pentagons neer. Verbaasd kijken de zes koninginnen naar de zeven voorwerpen.
‘De amazonezwaarden. Hoe kom jij daaraan, amazone?’ roept Peria verschrikt uit.
‘Sorane heeft ze mij ter bewaring gegeven, Ona. Het is aan jullie om te bewijzen dat jullie de zwaarden waardig zijn.
‘Die Sorane, dat kan niet. Sorane Nador is volgens de gegevens, zoals haar partner Sorane Cobanon, een succesvolle huurmoordenares en een van de beste dieven van Enuron. En ik denk dat beiden intussen dood zijn.’
‘U heeft gelijk, Koningin Veréna. Ze moet ze gestolen hebben. Misschien werkt ze wel met de wapenhandelaars en de Olanen samen,’ zegt een amazone.
Achter die amazone komen de vijf andere koninginnen en een jonge vrouw, die dadelijk de aandacht van Sorane trekt, het vertrek binnen en blijven plots staan, met hun hand op hun laserwapen. Sorane kijkt de zes amazones even aan, maar die jonge vrouw scant ze tot diep in haar binnenste. 
‘Leame, dus. En ook nog de lieveling van Veréna,’ denkt Sorane met een glimlach. 
Dan loopt ze naar de tafel toe. Als ze het gouden Pentagon vast neemt verandert het dadelijk in een amazonezwaard. Verbaasd kijken de zes koninginnen en hun ondergeschikten naar de roodharige.
‘Vier van hen buigen hun hoofden. Alleen Denura en Leame kijken naar Veréna. Maar die staart naar het zwaard dat ooit het hare was. Dan ziet ze het weer in een Pentagon veranderen. Sorane legt het terug naast de anderen op de tafel en kijkt de zes amazones aan.
‘Ik schenk jullie de zwaarden terug. Maar alleen als jullie door de zwaarden erkend worden, mogen jullie ze houden.’
Aarzelend lopen de vrouwen op de Pentagons toe en nemen hen in hun hand. Opgelucht stellen ze een voor een vast, dat het Pentagon de vorm van hun zwaard aanneemt. Veréna neemt de laatste zilveren Pentagon van de tafel, maar er gebeurt niets. Besluiteloos kijkt ze Sorane aan.
‘Je houdt het verkeerde zwaard in handen, koningin.’
Even kijkt Veréna naar het gouden Pentagon.
‘Wat bedoel je?’
‘Ik ben geen amazone, Veréna. Dus heb ik ook niet het recht om het zwaard te dragen.’
‘Maar het zwaard erkende je toch als meesteres.’
‘Niet als meesteres, amazone, maar als haar gebieder. Alle zwaarden zouden mij erkennen omdat ik ooit diegene was, die jullie de schenkster der zwaarden noemden. Maar zoals ik in het verre verleden al tegen je voorgangers zei, ik wil die titel niet. Toch kan en wil ik jullie niet verbieden om die titel te gebruiken.’
De zes koninginnen kijken Sorane plots anders aan en buigen. Sorane merkt echter dat Leame even slikt en haar bewonderend aankijkt.
‘Stop, wie buigt, ontneem ik het recht om het zwaard te dragen.’
Verschrikt kijken de zes op.
‘Maar…’
‘Ik ben niet meer dan jullie, al denken sommigen dat ik een godin ben. Maar wie mij zo noemt, zal ik zwaar straffen,’ zegt Sorane glimlachend.
Niemand zegt een woord, tot Nirasé opmerkt.
‘Veréna, het wordt tijd dat jij je Pentagon activeert.’
De amazone kijkt de brunette snel aan en kijkt dan naar de tafel. Kalm legt ze het zilveren Pentagon neer en neemt het gouden in haar hand. Iedereen kijkt haar gespannen aan. Alleen Sorane niet, want zij weet al dat het zwaard Veréna opnieuw zal herkennen. De koningin kijkt Nirasé, die het laatste Pentagon opneemt, opgelucht aan, als het zwaard langzaam gevormd wordt.
Als ze haar Pentagon weer aan haar riem bevestigt, vraagt ze.
‘Wat moet er nu gebeuren?’
‘Yharven. Dat is onze bestemming. Alleen met de dragers van de zwaarden kan ik de poort activeren. Daarom heb ik jullie nodig. Als we terugkeren, zullen de zwaarden een andere eigenaar zoeken.’
‘Wat bedoel je? Een andere eigenaar, de zwaarden hebben ons allemaal opnieuw herkend.’
‘Dat klopt, Tovera. Nu nog wel, maar waar jullie nu heengaan, zal jullie wereld helemaal veranderen. Nirasé heeft al een klein deel gezien van de mogelijkheden.’
‘Is Yharven dan zo verschillend van de andere planeet?’
‘Dat is het niet, Veréna. De techniek van de ouden verandert ons beeld van het leven en onze beschaving. Dat is wat Sorane bedoeld.’
‘Nirasé, jij blijft hier en neemt het bevel over van de amazoneschepen. Volg de Tiren naar Yharven, maar onderneem niets.’
Nirasé knikt alleen maar, als ze Sorane aankijkt. Ook de commandante wil iets zeggen, maar krijgt de tijd niet.
‘Zorg goed voor je volk, amazone. En praat eindelijk met Lotte,’ zegt de roodharige telepathisch, voor ze samen met de tien koninginnen verdwijnt.
De amazones in de centrale kijken Nirasé afwachtend aan. Even kijkt die naar Lotte, die een paar passen van haar staat. Sorane wil dat ze het met haar goedmaakt, maar wil die dat wel. Aarzelend kijkt ze de anderen aan en zucht even. De omstaanders zijn nog steeds onder de indruk van wat er gebeurde. Nirasé kijkt draait zich om en richt haar blik op de commandante van het vlaggenschip.
‘Neem contact op met de Tiren en pas de koers aan.’
‘Je hebt hier niets te bevelen, Nirasé. Die Sorane ook niet. Jullie horen zelfs niet tot onze stam.’
‘Dat klopt, commandante. Ik hoor niet tot jullie stam. Alle koninginnen vergezellen Sorane, dus ben jij de hoogste bevelvoerster van de vloot.’
‘Als je dat maar weet, Nirasé. Je wordt geduld, maar waag het niet om je…’
‘Die Sorane zoals jij haar waagt te noemen, Commandante, heeft de zwaarden tot zich geroepen. Als je het bevel voorlopig niet wil overdragen, dan zal jij het laatste Pentagon moeten activeren.’
‘Wie mag jij dan wel zijn, amazone?’
‘Mijn naam is Lotte. Ik ben de rechterhand van Sorane, zoals Nirasé de linker is.’
Even kijkt Commandante Kandera, de amazone in de ogen. Maar die blijft haar recht aankijken.
‘Om het in uw woorden te zeggen, amazone Lotte. Ik ben de rechterhand van Veréna, zoals Leame de linker is,” zegt de commandante, terwijl ze even naar Leame kijkt.
Dan wendt ze haar blik af en kijkt even naar het Pentagon dat op de tafel ligt. 
‘Zou ik het wagen of niet?’ denkt ze.
 Dan kijkt ze naar Nirasé.
‘Dat behoort aan Phicha, de koningin. Ik heb het recht niet om dat te aanvaarden.’
‘Ik ben de bewaarster van de zwaarden, dus heb ik ook het recht om het zwaard te laten beslissen of het een nieuwe koningin herkent of niet. Neem het, Commandante. Of wil de je woede van de verhevene trotseren.’
Dan neemt Ancona het woord.
‘Kandera, Sorane heeft mij in eer herstelt en vergeven. Daarom steun ik haar, al heb ik toch mijn twijfels, in verband met de verhevene. Maar wat ik vandaag gezien en gehoord heb, heeft mij overtuigd. Is ze de verhevene of niet, maakt mij niet uit. Ze heeft zich tot doel gesteld om de amazones te helpen en een oorlog voorkomen. Daarom steun ik Nirasé.’
‘En dan, Ancona. Ik voer hier het bevel.’
‘Dat erken ik, Kandera. Maar je hebt de keuze. Of wel doe je wat Nirasé vraagt, of ik daag je uit voor de Nidaan.’
Iedereen in de centrale kijkt Ancona verschrikt aan. 
‘Dat kan je niet doen, Ancona. De tijd ontbreekt voor een gevecht volgens de regels van de Nidaan.’
De commandante kijkt naar Ancona en dan naar Nirasé. Ze denkt diep na en kijkt dan naar het Pentagon.
‘Zou ik het wagen?’ denkt ze nogmaals.
De gedachte is nog niet voorbij, toch neemt ze een besluit. Licht aarzelend stapt ze op de tafel toe. Als ze het Pentagon in de hand neemt, gebeurt er echter niets.
’Geef hem aan mij.’
De commandante schrikt op als ze de licht bevelende stem van Nirasé hoort.
‘Je hebt het misschien niet goed gehoord, Nirasé. Maar mijn naam is Kandera. Misschien weet je niet wie ik ben.’
Nirasé kijkt de commandante met eerbied in haar ogen aan. Ze heeft zeker al van haar gehoord. Zij verdient haar plaats als rechterhand van Veréna.
‘Ja, ik weet wie je bent, zoals iedereen denk ik. Maar ik heb mijn taak uit te voeren en jij de jouwe,’ antwoordt Nirasé, terwijl ze haar hand uitsteekt.
Een andere amazone komt plots op Kandera toe en legt haar hand op de linkerschouder van de amazone.
‘Ik vertrouw het oordeel van Nirasé, commandante. Zoals Veréna mij vertrouwt’
Kandera kijkt even naar de amazone en knikt dan.
‘Dan zal ik haar bevelen volgen, Leame,’ zegt ze en richt haar blik dan op Nirasé.
Niemand merkt dat de ogen van de amazone Leame heel even zwart worden. Dan draait ze zich om en verlaat de ruimte. Nog voor de deur achter haar gesloten wordt, verdwijnt ze in het niets.
Nirasé voelt intussen de strenge blik van Kandera op zich gericht, want ze is maar een lagere amazone. Toch aarzelt ze even, voor ze zegt:
‘Activeer het, of geef het terug aan mij, Kandera.
Met een kwade blik kijkt ze naar Nirasé, maar dan zet ze zich in beweging. Terwijl ze Nirasé diep in de ogen kijkt, legt ze het Pentagon in de hand van Nirasé. Alle aanwezigen schrikken als het koninginnen zwaard opnieuw gevormd wordt.
Even kijkt Kandera Nirasé koel aan, maar dan buigt ze haar hoofd.
‘Ik zal voorlopig uw bevelen gehoorzamen.’
‘Dat is niet mijn bedoeling, Kandera. Ik ben alleen een tussenpersoon, die instaat voor het verloop van het plan van Sorane. Jij voert het bevel.’
Kandera kijkt Nirasé aan en knikt glimlachend.
‘Misschien kunnen we het uiteindelijk wel met elkaar vinden, amazone. Maar met jou zal het een beetje moeilijker zijn, Lotte. Jij nam het woord, terwijl je daar geen recht toe had.’
‘Lotte steunde mij, Kandera. Dus ze had mijn toestemming.’
Dan knikt de commandante opnieuw 
‘Ze mag je wel voor die steun bedanken, Nirasé. Jij kent de wetten ook wel, denk ik.’
Nirasé glimlacht en knikt.
Haar hypsoon heeft intussen contact met de Tiren die op het punt staat om te vertrekken. Naast de amazone materialiseert een Pentagon vormige box en een datakristal. Van haar Hypsoon krijgt Nirasé dadelijk de instructies. Even laat ze het tot zich doordringen. Dan richt ze zich tot Kandera, die haar afwachtend aankijkt.
‘Dit kristal bevat de nodige gegevens, Kandera.’
De amazone knikt en wendt zich tot haar ondergeschikte.
‘Mera-vo, neem het datakristal en geef het door aan de centrale computer.
Nirasé neemt het datakristal op en reikt het aan de vrouw die voor haar blijft staan.
De eerste officier neemt het kristal aan en geeft het door aan een van haar mensen, die het dadelijk in een aansluiting steekt. Zodra de gegevens doorgestuurd zijn veranderen de schepen van koers. De commandante kijkt naar de langzaam vormende formatie.
‘Amazone, wat ben je van plan?’
‘Ik niets, Kandera. Dit hoort tot het plan van Sorane. Jij bent nog steeds de commandante.’ antwoordt Nirasé glimlachend.
En jij, Ancona. Welke rol speel jij hier?’
‘Geen, Kandera. Ik zie dat ik hier niet meer nodig ben, dus ik ga maar naar mijn commando schip terug.’
Kandera knikt even, maar schrikt als Ancona een overbrengersveld activeert en er snel doorheen stapt.
Als Nirasé de verraste blik van Kandera opmerkt.
‘Ancona heeft boete gedaan voor haar fouten volgens de amazone wetten, Kandera. Daarom heeft Sorane haar een geschenk gegeven.’
De commandante knikt, maar begrijpt niet echt wat Nirasé bedoelt. Maar ze vraagt echter niets. Nirasé kijkt echter naar Lotte en geeft haar een teken.
‘Ik wil met je praten, Lotte,’ hoort de amazone de stem van Nirasé langs haar Hypsoon.
Even aarzelt ze, want al jaren weigert ze met de vrouw van haar broer te spreken. Dan knikt ze even en volgt Nirasé naar haar vertrekken. Daar gaat ze in een zetel zitten, terwijl Nirasé haar iets te drinken aanbied.
Ze schud echter haar hoofd.
‘Waarom heb je mij gevolgd, als je toch niet wil praten?’
‘Het wordt tijd dat we beiden het verleden naast ons neerleggen, Nirasé.’
‘Je hebt me nooit de kans gegeven om je uit te leggen waarom….’
‘…je mijn broer verlaten hebt.’
Even kijkt Nirasé haar vroegere vriendin aan.
‘Je broer heeft mij halfdood geslagen, Lotte. Als amazone kan ik dat niet dulden, dat weet jij evengoed als ik.’
‘Dat kan….’
Maar als Lotte in de ogen van Nirasé kijkt, beseft ze dat ze de waarheid spreekt.
‘Dus daarom wilde Gino niets zeggen en verdween zonder verklaring,’ fluistert ze.
Nirasé zegt niets, maar laat Lotte de kans om het te verwerken.
‘Vergeef me, Nirasé. Had ik toen niet geweigerd om met je te spreken, omdat ik jou de schuld gaf, dat ik mijn broer min of meer verloor. Dan waren we vrienden gebleven.’
‘Dat wil ik nog steeds zijn, Lotte. Ik heb spijt van wat er toen gezegd werd, want ik hou nog steeds van Gino.’
‘Ik denk niet dat je wil weten wat er van hem geworden is, Nirasé.’
‘Weet jij dat dan?’
Lotte knikt even.
‘Maar ik wil het daarover niet hebben. Mijn broer is mijn broer niet meer.’
Nirasé schrikt even, want als een amazone zoiets zegt, dan moet er iets vreselijk gebeurd zijn.
‘Wat is er met Gino?’
‘Vraag nooit iets over mijn broer, Nirasé. Tenzij je wil dat ik je niet meer zie staan. Maar dat zal dan tot aan mijn dood zijn.’
Nirasé merkt dat Lotte het meent, daarom zegt ze niets meer. Ook niet van het kindje, dat ze wegschonk en later toen ze spijt had van haar daad, niet meer kon vinden. Dus knikt ze.
‘Het zij zo, Lotte. Ik wil onze nieuwe vriendschap niet verliezen.’
Lotte glimlacht even en omarmt Nirasé. Even aarzelt de amazone.
‘Dank je, Lotte. Niets mag onze vriendschap nog in de weg staan.’
‘Dat is ook mijn wens, Nirasé en ik denk ook die van Sorane.’
‘Ja, dat denk ik.’
Intussen hebben de schepen de geprogrammeerde formatie bereikt en worden in een energieveld gehuld. Op de Tiren krijgt men het afgesproken signaal binnen en het schip duikt in de hyperruimte. De energiebol met de amazoneschepen volgt hen dadelijk.

Plaats een reactie